Een octreotidescan – ook bekend als somatostatinereceptorscintigrafie (SRS) – kan worden gebruikt om bepaalde neuro-endocriene kankercellen in het lichaam te detecteren. Voor de test zijn meerdere scans nodig, die meestal in de loop van 2 dagen worden uitgevoerd.
Op de eerste dag krijgt u een injectie met een zeer kleine hoeveelheid van een radioactieve stof die een octreotidemerkstof wordt genoemd.
Octreotide is een geneesmiddel dat sterk lijkt op somatostatine.
Neuro-endocriene cellen met somatostatinereceptoren op hun oppervlak (die meestal van lage graad zijn) zullen de octreotidemerkstof aantrekken en zich eraan hechten.
Later die dag wordt de eerste reeks scans gemaakt om te zoeken naar gebieden in het lichaam die deze merkstof hebben opgepikt, wat kan aangeven waar bepaalde neuro-endocriene kankercellen zich bevinden. Verdere octreotidescans moeten mogelijk in de daaropvolgende 24 tot 48 uur worden genomen om meer gedetailleerde afbeeldingen te maken.
Een PET-scan is een uniek type beeldvormingstest waarmee artsen de activiteit kunnen bekijken van de cellen van de organen en weefsels in het lichaam. Bij deze scan wordt een zeer kleine dosis van een radioactieve chemische stof, een zogenaamde merkstof, in de ader van uw arm geïnjecteerd.
PET-scans kunnen de energie detecteren en registreren die door de merkstof in uw cellen wordt afgegeven.
Gedetailleerde, driedimensionale beelden van de PET-scan worden vervolgens samengesteld door een computer. Een PET-scan wordt meestal gebruikt in combinatie met een CT-scan of MRI-scan om een beeld op te bouwen van de grootte, locatie en status van NET.
Bepaalde soorten radioactieve merkstoffen kunnen in PET-scans worden gebruikt om bepaalde soorten NET te detecteren:
Gallium-68 is een radioactieve merkstof die aan octreotide is gehecht. Het wordt in het lichaam geïnjecteerd en kan worden gebruikt om tijdens een PET-scan specifieke neuro-endocriene kankercellen met somatostatinereceptoren te vinden (in normale cellen en laaggradige tumoren). Het is vergelijkbaar met een octreotidescan, maar sneller, gedetailleerder maar niet overal beschikbaar. Het kan worden gebruikt om primaire tumoren, metastasen en geschiktheid voor behandeling met somatostatine-analogen of PRRT te detecteren.
FDG is een afkorting voor fluorodesoxyglucose, de merkstof die voor dit type PET-scan wordt geïnjecteerd. Een PET-scan wordt gebruikt om de aanwezigheid van een metabolisch actieve tumor in het lichaam vast te stellen. Dergelijke tumoren zijn meestal agressievere NET, NET van hogere graad en agressieve kankers die geen NET zijn.
18F-DOPA is een afkorting voor 18F-dihydroxy-fenylalanine, de radioactieve merkstof voor dit type PET-scan. Deze merkstof is zeer gevoelig voor het detecteren van de primaire tumor van een neuro-endocriene kanker, en secundaire tumoren (metastasen) als de ziekte is uitgezaaid. Deze merkstof is echter niet overal beschikbaar.
Een botscintigrafiescan is een beeldvormingstest waarbij een zeer kleine hoeveelheid van een radioactieve stof wordt gebruikt om te bepalen of NET-kanker vanuit een ander deel van het lichaam naar de botten is uitgezaaid.
Meestal wordt het hele lichaam gescand tijdens een botscanprocedure.
Als de resultaten botschade aantonen die door kanker veroorzaakt kan zijn, kunnen meer diagnostische NET-tests nodig zijn. Dit kan een CT-scan, een MRI-scan of een biopsie omvatten.
Een MIBG-scan is een andere beeldvormingsonderzoek die kan worden uitgevoerd om de locatie van NET in het lichaam te vinden, maar wordt minder vaak gebruikt dan een octreotidescan.
Bij deze scan wordt een stof, die een isotoop heet, in uw aders geïnjecteerd. De MIBG-scan is vernoemd naar de chemische stof ‘iodium-131-metaïodobenzylguanidine’ of MIBG in het kort, waaraan de isotoop gehecht is.
Wanneer de isotoop geïnjecteerd is, verplaatst die zich doorheen het lichaam en hecht zich aan eventuele afwijkende plekken in het lichaam. Enkele uren of dagen later wordt het lichaam gescand met een gammacamera om te zoeken naar gebieden die de isotoop hebben opgepikt.
Zo kan de arts gebieden met afwijkingen vinden en lokaliseren, voornamelijk gebruikt voor bepaalde soorten NET (zoals paragangliomen en feochromocytomen).
Kom meer te weten over de verschillende soorten NET, de symptomen van NET, en de diagnose en behandeling ervan.
Informatie over NETLees over behandelingsopties voor NET, waaronder chirurgie, bestraling en medicatie.
BehandelingsoptiesHebt u een vraag over NET? Kijk of er een antwoord bestaat van een van onze experts (deze antwoorden zijn geen vervanging voor persoonlijk medisch advies).